Op weg naar Zimbabwe

painted dog conservation projectHet is 3 september. Marjo en ik treffen elkaar op de afgesproken tijd om 11.00 uur bij BurgerKing op Schiphol Plaza. We zijn ruim op tijd. Het vliegtuig vertrekt om 16.10.Voordat we inchecken, staat ons nog een DTP-shot te wachten bij de KLM health service. Een verplichte vaccinatie voor Zimbabwe. We worden verrassend snel geholpen met een pijnloze prik. Wanneer onze koffers ingecheckt zijn, hebben we er geen omkijken meer naar tot de eindbestemming Victoria Falls. Alleen in London Heathrow en Johannesburg moeten we overstappen. Een comfortabele nachtvlucht die exact volgens het tijdschema verloopt. De volgende dag sluiten we om 12.30 aan bij een lange rij wachtenden voor het inreisvisum. De entree voor Zimbabwe kost 30 $. Nog even en we zijn echt onderweg naar het Painted Dog Conservation Project. In de aankomst hal treffen we een levensgrote opgezette panter, een neushoorn, een buffel en een leeuw die een impala aanvalt. Geen tulpen en houten klompen. Buiten worden we verwelkomd door een groep Afrikaanse dansers, waarmee je op de foto kunt. Daar doen we maar even niet aan mee. Al snel ontdekken we twee vriendelijk ogende heren die een bord ophouden met onze naam erop. Een heerlijke geruststelling; er is op ons gerekend.

Zimbabwe

Er volgt een tocht van twee uur over een lange stille asfaltweg naar ons onderkomen voor de komende tien dagen. Langs de kant zien we af en toe een paar Afrikaanse ronde hutten met een strodak. Hier speelt zich, onder de meest basale omstandigheden, het dagelijks leven af van de ‘platte land-bewoners’ van Zimbabwe.
Onze chauffeur is niet erg spraakzaam en al vlug wreekt zich onze uitgestelde slaap. Af en toe vallen onderweg onze ogen dicht. Aan het eind van de rit worden we opgewacht door Tracy, een gezellige Afrikaanse. Zij runt het huishouden van het comfortabele verblijf, waar we terecht komen. Drie grote slaapkamers, een mooie schone badkamer en een ruime keuken met een gevulde voorraadkast, diepvries en koelkast. Ruim voldoende leeftocht voor veertien dagen voor een twaalfkoppig gezin.

Painted Dog Conservation Project

painted dog conservation projectTracy maakt ons wegwijs in het huis. Samen met Ceino, die de de tuin bijhoudt, verzorgt Tracy het huishouden. We zitten hier in de zogenaamde protected area, een zone tussen het Hwange Nationaal Park en de bewoonde wereld. Het is niet de bedoeling dat je hier op eigen houtje gaat rondwandelen. Er struint volop wildlife rond. Verleden week wandelde er nog een olifant door de tuin, vertelt Tracy. We worden gewaarschuwd voor rondlopende hyena’s, bavianen, panters en leeuwen. Goed, daar zijn we dus niet tegen ingeënt en we houden we ons maar voorlopig op in de nabijheid van het huis. Op 25 meter afstand zie ik plotseling een enorme baviaan op en neer drentelen achter een dun ( elektrisch geladen ) draadje. Achteraf blijkt dat er geen spanning op de draad zit.
‘s Middags maken we kennis met Barbara uit Lissabon, dierenarts met een specialisatie in wildlife. Zij loopt hier voor het Painted Dog Conservation Project project een paar weken stage. Aangenaam gezelschap. We eten samen en horen dat we de volgende ochtend om 06.00 uur door een chauffeur van de Painted Dog Conservation organisatie opgehaald worden. We zoeken vroeg ons bed op. De wekker staat op 05.00 uur.

’s Nachts kan het flink afkoelen onder de onbewolkte maan heldere hemel. Er brandt een open vuur vlak voor onze voordeur. Er zitten twee warm aangeklede wachters bij. Maar het vuur is niet voor de warmte en ook niet voor de barbecue. “Olifanten zijn bang voor vuur,” weet een van de nachtwakers. Als die olifanten dat nou ook maar weten, denk ik. We gaan gerust op een oor. Met De Nachtwacht voor de deur. Een rijk gevoel.

painted dog conservation projectDe volgende ochtend om klokslag 06.00 uur komt er een stevige landrover met het logo van de Painted Dog Conservation het pad oprijden. Breed lachend stapt senior tracker Jealous Mpofu uit. Hij gaat ons deze week op het spoor van de wilde honden zetten. Maar eerst poseert hij met een voetbalshirt uit Nederland, die Marjo in grote getale uitdeelt, hij stoer voor zijn terreinwagen. Samen met Barbara stappen Marjo en ik in, en rijden we richting Hwange National Park, het grootste natuurreservaat van Zimbabwe. Een kwartiertje rijden we over een lange kaarsrechte asfaltweg en stoppen bij de poort van het park. Er heerst een rustig gemoedelijke sfeer bij de hoofdingang, alsof het om een klein plaatselijk tuintje gaat. Er heerst niet de drukte met volle bussen toeristen, die af en aan rijden, zoals dat wel bij het Krugerpark voor kan komen. Niettemin ziet het er allemaal heel verzorgd en professioneel uit. Een vrouwelijke ranger in met een Kalasjnikov om haar nek en een cassette scherpe patronen in haar hand, stapt bij ons in de wagen. Zij staat wel haar mannetje, schat ik zo in, als het om onze veiligheid gaat. Marjo merkt op, dat zij waarschijnlijk nooit van het wapen gebruik heeft gemaakt. En dat is dan ook weer geruststellend. Onderweg zien we de zon als een schitterende vuurrode luchtballon opkomen.

Hwange National park

painted dog conservation projectWe zitten aanvankelijk wat krapjes met z’n drieën op de achterbank, maar al snel, mede door gaten en kuilen in de hobbelige zandwegen, voegen we ons. Barbara vangt met een koptelefoon geluiden van wilde honden op. Dieren die een ‘collar’ dragen, worden op die manier gevolgd. Haar reikwijdte is een cirkel van 3,5 kilometer. Het blijft doodstil echter op haar zender. Maar ook zonder de signalen van de painted dogs is het een enerverende trip. Prachtige ongerepte natuur, met uitgestrekte savanne. Al vlug zien we een groepje olifanten. Verderop graast een kudde gnoes vreedzaam met een paar zebra’s. Aan de rand van een waterpoel vermaakt een familie bavianen zich onder de Afrikaanse zon, de kleintjes rennen heen en weer en buitelen over elkaar heen.
Een prachtig begin van onze tiendaagse ‘wilde honden expeditie.’

Wordt vervolgd …………………