Pogingen om de paar honderd nog in het wild levende Chinese olifanten te beschermen lijken succesvol te worden, hoewel de bezoekers van het Wild Elephant Valley Park in de Provincie Yunnan er waarschijnlijk nauwelijks een te zien krijgen, omdat de dieren zo diep in het oerwoud verblijven. De meeste bezoekers nemen genoegen met entertainment shows, waarbij getrainde olifanten op het podium hun kunstjes uitvoeren. Ook maken ze graag een ritje op de rug van een echte – gedomesticeerde – olifant. Met duizenden tegelijk wordt het Wild Elephant Park bezocht. Chinezen zijn dol op hun olifanten.
In een tijd dat er tienduizenden olifanten uit Afrika worden geslacht om de bijna onverzadigbare honger naar ivoor voor de Chinese markt te stillen, blijken tegelijkertijd de tropische wouden in de provincie Yunnan van zuid-west China een van de beste plaatsen te zijn voor de overlevingskansen van wilde olifanten. Het aantal Aziatische olifanten in Yunnan blijkt tijdens de laatste 20 jaar te zijn verdubbeld tot zo’n 300 exemplaren.
Dit is vooral te danken aan de door de regering gefinancierde voedselprogramma’s, pogingen tot wildlife educatie en – in de rest van de wereld ongeëvenaarde – strikte olifantenbeschermingswetten. Voor stropers geldt nota bene de doodstraf in China. Sinds 4 mensen voor een vuurpeloton in 1994 werden geëxecuteerd vanwege het doden van een olifant, zijn er slechts enkele olifanten gestroopt voor hun ivoren slagtanden. In de laatste tien jaar is er zelfs niet één olifant gedood, volgens de staatsnieuws media.
“Olifanten hebben het hier behoorlijk goed,” zegt lokale ranger Chang Zongbo van het Wild Elephant Valley Park, “het is veilig en ze hebben hier volop te eten. Wanneer de olifanten eenmaal over de grens zijn van Laos, waar de jacht op olifanten nog is toegestaan, willen ze nooit meer terug.”
De grootste bedreiging voor de wilde olifanten in China is het verlies van hun natuurlijke habitat.
De uitgestrekte wouden worden hand over hand geëxploiteerd voor rubberplantages en andere cultuurgewassen. Olifantenfamilies raken geïsoleerd op locaties die niet door middel van corridors met elkaar verbonden zijn, met als gevolg dat er geen natuurlijke genetische uitwisseling kan plaatsvinden. Verlies aan genetische diversiteit maakt de dieren kwetsbaar voor ziektes. Tegelijkertijd leidt de groeiende bevolkingsaanwas op dezelfde locatie als het domein van de olifanten tot human-elephant conflicten zoals die ook in Sri Lanka plaatsvinden. In de laatste vier jaar hebben drie mensen hun leven verloren, doordat zij onder de voet gelopen zijn door olifanten. Plaatselijke boeren ondervinden veel hinder van wilde olifanten, die hun suikerrietplantages, rijstvelden en ananasvelden plunderen.
De autoriteiten proberen de pijn van de verloren oogst voor de boeren te verzachten door ze financieel te compenseren voor de geleden schade. In 2012 werd $480.000,00 vergoed via privé verzekeringsmaatschappijen. Desondanks klagen de betrokkenen dat deze schadevergoeding niet opweegt tegen de marktwaarde van hun verlies. Daarnaast worden in dichtbevolkte gebieden waar veel olifanten rondstruinen zogenaamde ‘olifanten-restaurants’ ingericht, waar mais, bamboe en andere gewassen – waar olifanten gek op zijn – geteeld worden, om de dieren te verleiden hier te komen foerageren. Anderzijds worden boeren gestimuleerd en ondersteund in de verbouw van thee, een winstgevend cultuurgewas waar olifanten niet op afkomen. Ook worden oplossingen gezocht door het aankopen van gecultiveerd land door grote internationale milieugroeperingen met de bedoeling om ze terug te geven aan de natuur. Met de aanleg van corridors, doorgangen die de natuurgebieden met elkaar verbinden, wordt er ruimte gemaakt voor het herstel van het natuurlijke leefgebied van de wilde olifant. Allemaal initiatieven die hoopgevend zijn voor de overleving van de bedreigde wilde olifanten in China.
Wat lastiger te organiseren is, is de liefde van de bevolking voor olifanten. Overigens wordt daar door de toeristenindustrie hard aan gewerkt, die de olifant als een onweerstaanbare marketing mascotte gelanceerd heeft.
“Wie houdt niet van olifanten?”
Er rest in China nog wel een oud Aziatisch sentiment: de olifant als geluksbrenger. Het is een haat-liefde verhouding. Aan de ene kant de gedupeerde boeren en aan de andere kant de burgers, die door het van overheidswege gestuurde en gesubsidieerde charmeoffensief in steeds toenemende mate de nationale mascotte omarmen.
In Jinghong, de hoofdstad van de Xishuangbanna provincie ( uit te spreken als: she-shwang-ban-na ) is een gigantisch resort in constructie. Hierin staat tussen de palmbomen een flinke kudde van stenen olifantenstandbeelden opgesteld.
Desondanks vinden de meeste ontmoetingen tussen mens en olifant in het populaire Wild Elephant Valley plaats in een stoffige circusarena, waar talloze liefhebbers voor $5 per persoon een ritje op de rug van hun geliefde dikhuid maken. Anderen zien de suf getrainde dieren graag op hun achterste poten staan. De vraag is wel of die liefde wederzijds is ???
De inhoud van deze blogaflevering is ontleend aan een artikel uit de New York Times van Gilles Sabrie.
Met dank aan Gerard Kaal voor de tip.