rijkdommen van Congo, een zegen of een vloek?

verborgen rijkdommen van Congo, zegen of vloek?

militaire milities bij mineraal mijnen

De rijkdommen van Congo lijken een problematische zegen voor het land met het oog op de armoede, corruptie en het oorlogsgeweld, die deze natuurlijke schatten met zich meebrengen. Toch heeft Congo een landbouwareaal dat 2 miljard monden zou kunnen voeden, een rivier met de waterkracht om heel Afrika van stroom te voorzien en een overvloed aan mineralen. Met name de mineralen zorgen echter voor conflicten. Na de Rwandese genocide in 1994 en tijdens de bezetting van Oost-Congo door Rwanda en Uganda, verrijkten diverse militante groeperingen zich met diamant en coltan. Deze bodemrijkdommen hebben niet voor niets het predicaat ‘bloed’ opgespeld gekregen. Uit coltan wordt tantalum gewonnen. Dat is een essentieel onderdeel voor de productie van micro-condensatoren. Micro-elektronische toestellen als gsm’s, spelconsoles en laptops maken er gebruik van. China en het Westen vechten om de rijkdommen van Congo. Er lijkt een vloek op te rusten. Zij worden onder erbarmelijke omstandigheden door zwaar onderbetaalde kinderen en volwassenen, meest illegaal, gewonnen.

rijkdommen van Congo

biodiversiteit

verborgen rijkdommen van Congo, zegen of vloek

de Congo-pauw komt alleen in Congo voor

Het regenwoud van het Congobekken is op het Amazonegebied na het grootste aaneengesloten bosgebied ter wereld. Het beslaat 200 miljoen hectare. Meer dan de helft van het Afrikaanse regenwoud ligt in Congo. Geen enkel ander Afrikaans land heeft zo’n rijke biodiversiteit als Congo. Deze is vooral te danken aan de vele verschillende vegetatietypes in het land. Het land kent tropisch regenwoud, droog bos, savannes, mangroven en moerasvegetaties. Daarnaast telt het talrijke brede rivieren, meren, bergen en vulkanen. De hoogste berg van het land is 5.119 meter hoog en ligt in het Ruwenzori-massief. Er groeien 600 exploiteerbare houtsoorten en 11.000 hogere plantensoorten. Hiervan zijn er 3.000 inheems. Voorts telt het land nog eens meer dan 400 soorten zoogdieren, ruim 1.000 soorten vogels en 900 vlindersoorten. Er kruipen tussen de 200 en 300 soorten reptielen rond. En  1.000 soorten vissen bevolken de rivieren en de meren.  Congo kent 80 endemische dieren, dieren die alleen maar in Congo voorkomen. De meest bekende zijn de bonobo, de okapi en de uiterst zeldzame Congopauw.  Deze rijke biodiversiteit is potentieel een zegen voor het land.

mineralen

De Congolese bodem is rijk aan waardevolle mineralen, zoals kobalt, ijzer, koper, tin, lood, maar ook edelmetalen zoals goud, zilver en platina. De zogenaamde kopergordel in de zuidelijke provincie Katanga bevat 10 procent van het koper van de wereldvoorraad en 34 procent van alle kobalt ter wereld. Kobalt is de basisgrondstof in herbruikbare batterijen. Er lijkt een vloek op deze rijkdommen van Congo te rusten. Tegenstrijdig genoeg brengen ze vooral corruptie in plaats van samenwerking, oorlog in plaats van welvaart, en strijd in plaats van welzijn. Vanwege de politieke, sociale en economische situatie profiteert slechts een zeer klein deel van de bevolking van deze rijkdommen. Veel ervan vloeit weg naar welvarende buitenlanden. Een onevenredig groot deel blijft, als privaat gewin, achter in een web van misbruik van de toevertrouwde macht. 

landbouw

Met landbouw heeft Congo de belangrijkste economische troef in handen. Het is een van de meest vruchtbare landen ter wereld, zowel qua bodem als qua klimaat. Na Brazilië heeft het land het grootste oppervlak aan onbewerkte landbouwgrond. Ruim 65 procent van de Congolezen werkt in de landbouw. Zij benutten slechts 10 procent van het beschikbare potentieel, maar het rendement is nauwelijks groter dan dat van de Sahellanden. Wanneer het gigantische landbouwpotentieel intensief bebouwd zou worden, zou Congo met gemak 2 miljard mensen kunnen voeden. Koffie, palmolie, rubber, katoen, suiker, thee, cacao, tapioca, bananen, rijst en maïs zijn de belangrijkste gewassen.

bosbouw

onbewerkt ebbenhout

Congolees grondgebied bevat 50 procent van alle Afrikaanse wouden. Deze beslaan 60 procent van de totale oppervlakte van Congo: 138 miljoen hectare. Hiervan wordt 61 miljoen hectare geëxploiteerd. De wetgeving is heel strikt voor de kapconcessies. Tot nog toe dient 95 procent van het gekapte hout als makala. De Congolezen gebruiken makala, houtskool, als brandstof voor hun houtskooloventjes om de dagelijkse maaltijd te bereiden. Soms worden daarvoor ook zeldzame soorten tropisch hardhout, waar Congo in ruime mate over beschikt, gebruikt, zoals iroko, wengé, afromosia en ebbenhout. Ebbenhout is erg gewild voor het kunstzinnige Afrikaanse houtsnijwerk. Het heeft een soortelijk gewicht dat zwaarder is dan water, waardoor het niet blijft drijven maar zinkt. De handelsprijs voor een kuub ebbenhout varieert tussen de € 50.000,00 en € 65.000,00. De prijsbepaling vindt echter per kilogram plaats.

vastgoed

Na de oorlogen van rond de eeuwwisseling was zowat alles in Congo aan heropbouw toe. De Wereldbank en de Europese Unie hebben veel hiervan gefinancierd. Daarom kende de bouwsector tijdens het eerste decennium van de 21ste eeuw een gestage groei. Er heerst echter een grote schaarste aan bouwmaterialen. Veel hotels en zakencentra stonden in de aanloop naar de feestelijkheden rond de 30ste juni 2010 – de viering van 50 jaar onafhankelijkheid – in de steigers. Nog steeds wachten er enorme bouwcomplexen in het centrum van Kinsahasa op hun voltooiing. De Belgische holding Texaf investeert al eeuwenlang in vastgoed. Ook lokale ondernemingen zoals de Lualaba Trading Company  investeren in de toekomst van Congo. Net buiten Kisangani bouwt de Belgische Patrick van Alphen momenteel een uitspanning met een hotel aan de oever van de Congo, dat hij in zijn geheel van zonnepanelen gaat voorzien. Met andere woorden, de verwachting van een betere economische toekomst is niet ongegrond.

ecologische energie

watervallen bij Inga, Democratische Republiek Congo

Voor Congo liggen enorme kansen in biomassa en zonne-energie, met pieken tot 2.600 zonuren per jaar. Daarnaast beschikt Congo over een oliereserve van 197 miljoen vaten. Slechts een gedeelte hiervan, 20.000 tot 25.000 vaten per dag, wordt opgepompt.  In de bodem van het Kivumeer ligt een gigantische voorraad methaangas opgeslagen. Hiervan wordt nog geen half procent ontgonnen. Het zijn rijkdommen van Congo, die (nog) niet geëxploiteerd worden. De grootste schat aan natuurlijke energie ligt in de hydro-energie. Het potentieel aan elektriciteit, dat de Congorivier zou kunnen opwekken, wordt geschat op 774.000 gigawattuur. De rivier neemt zowat 35 procent van het potentieel aan hydro-energie in heel Afrika en 8 procent wereldwijd voor haar rekening.  De energie wordt geleverd door de watervallen van Inga. In deze watervallen bevindt zich de grootste concentratie van waterkracht ter wereld.  In december en januari 2019/2020 was er geen elektriciteit in Kisangani. De reden was dat de waterkrachtcentrales in Inga de watermassa’s van de Congo niet konden verwerken. Slechts 3 procent van het potentieel wordt daadwerkelijk in elektriciteit omgezet. Het land heeft voor ecologen een benijdenswaardig ‘overschot’ aan mogelijkheden. Is dat economisch ook een zegen of toch een vloek?

toerisme

verborgen rijkdommen van Congo, zegen of vloek?

bonobo in bonobo-paradijs Lola ya Bonobo

De beeldvorming in Nederland over Afrika is over het algemeen negatief. Met name Congo associeert men met armoe, migratie, terrorisme, ebola en criminaliteit. Bijgevolg is het geen vakantieland, waarvoor men een gebruikelijke vakantieverzekering af kan sluiten. Toch is het land voor de avontuurlijk ingestelde natuurliefhebber een gewilde bestemming vanwege zijn ongerepte natuur. Vanaf Kinshasa is het ruim een half uur rijden door een schitterend bergachtig gebied naar Lola ya bonobo. Het is de enige plek ter wereld waar bonobo’s in de vrije natuur leven. Dat wil zeggen het open natuurreservaat vangt verweesde bonobo’s op en neemt deze in bescherming tegen stropers. Lola ya bonobo betekent bonobo-paradijs. Het biedt de gelegenheid deze dieren in hun eigen habitat te zien. In de wereld van diergedrag-deskundigen staat de bonobo erg in de belangstelling. ZOO Antwerpen en ZOO Planckendael verrichten in haar Centre for Research and Conservation ter plekke wetenschappelijk onderzoek naar bonobo’s. Zie hiervoor de volgende link naar Lola ya bonobo. Of klik op de hierop volgende link: artikel over bonobo’s, een zeer lezenswaardige tekst van Zoo-science instituut van Zoo Planckendael in België.

verborgen rijkdommen van Congo, zegen of vloek?

een voorbeeld van hoe rangers in Virunga National Park de zorg voor wildlife letterlijk op hun schouders nemen

nationale parken

verborgen rijkdommen van Congo, zegen of vloek?

zeldzame neushoorns, Garamba National Park

Congo heeft acht nationale parken. Zij vormen een weinig ontgonnen toeristische troef. Unesco heeft de volgende vijf parken uitgeroepen tot werelderfgoed. Virunga National Park, gesticht in 1925, is het oudste nationaal park van Afrika. Het herbergt zo’n zeshonderd berggorilla’s, de helft van de bestaande populatie. Garamba National Park ligt in het oosten van Congo niet ver van Kisangani. Hier graast de Congo-giraffe, een uniek giraffen-ondersoort. Het is tevens het enige leefgebied van de extreem zeldzame noordelijke witte neushoorn. In 2005 werden hier nog vier van deze dieren waargenomen. Maar ook hier heeft de populatie erg te lijden onder wildstroperij. Sinds 2006 zijn er in het wild geen waarnemingen meer gedaan. Het  IUCN beschouwt deze ondersoort sinds 2011 als kritisch bedreigd. Het Kahuzi-Biéga National Park beschermt de bedreigde Grauer’s gorilla’s populatie. Hier begon de legendarische Dian Fossey haar onderzoek. Ook Okapi Wildlife Reserve is werelderfgoed. Het telt 52 soorten zoogdieren. Het Salonga National Park, is groter dan België. De bonobo, die nog maar sinds 1929 ‘ontdekt’ is, huist hier. 

Bronnen: Flanders Investment and Trade (FIT), CIA Factbook, United Nations Human Development Report

 

Er zullen nog wel ettelijke generaties overheen moeten gaan, voordat het land en het meerendeel van de eigen bevolking de vruchten van al deze rijkdommen zelf kan plukken.